Vul een zoekwoord in

Driftbuien onder controle houden

Vanaf 1 jaar gaan kinderen zelf lopen en steeds meer ondernemen. Je kind wil steeds meer zelf doen en bepalen wat er gebeurt. Dat kan niet altijd. Je kind kan driftig worden wanneer iets niet lukt. Dit is een vrij normaal verschijnsel in de emotionele ontwikkeling.

Als kinderen ouder worden, moeten ze leren met hun emoties om te gaan. Boosheid is een van de emoties die niet zo makkelijk hanteerbaar zijn. Je kind moet leren dat je boosheid wel mag voelen, maar dat het niet de bedoeling is om te gaan slaan of schoppen.

Boosheid uiten

Er zijn kinderen die de neiging hebben om snel kwaad te worden. Ze voelen frustratie, bijvoorbeeld als iets niet lukt of mag, en uiten dat door te schoppen en te slaan. Als je vraagt waarom ze dat doen, antwoorden ze bijvoorbeeld: ‘Omdat mijn buik vond dat dat moest.’ Op het moment dat het kind woedend is, heeft het geen zin om hierover te praten. Wacht daarmee tot je kind is afgekoeld.

Blijf rustig

Als je kind slaat of schopt, sla dan niet terug. Stemverheffing of schreeuwen helpt ook niet. Je kunt je kind misschien beter even geen aandacht geven of alleen laten. Grijp wel meteen in als je kind iemand anders pijn doet.

  • Wanneer je allebei afgekoeld bent, is het belangrijk dat je met je kind over het gedrag praat.
  • Vertel op een rustige maar duidelijke toon welk gedrag je niet accepteert en waarom niet.
  • Laat merken dat je begrijpt wat je kind wil. Zeg bijvoorbeeld: ‘Ja, je wilt zo graag nog…’ of: ‘Jij houdt zo van…’ Daar worden kinderen meestal rustiger van.
  • Zeg ook dat je begrijpt dat je kind zich boos voelt, maar dat slaan, schoppen of bijten geen oplossing is en dat dit anderen pijn doet.

Op die manier stel je duidelijke regels en grenzen waardoor het geweten van je kind zich kan ontwikkelen.

Tips

  • Om je kind te helpen, kun je als ouder uitleggen dat het prima is als je buik voelt dat je boos bent, maar dat je dan eerst je hoofd moet vragen wat de oplossing is. ‘Eerst praten, dan doen’ is bijvoorbeeld een goed antwoord, of: ‘Als iets niet lukt en je wordt boos, vraag dan om hulp.’
  • Staat je kind te stampen en te schreeuwen, bijvoorbeeld in een winkel? Negeer het dan. Doe alsof je het niet ziet en hoort.
  • Geef kinderen nooit hun zin om hen rustig te krijgen, want dan beloon je ze voor hun gedrag en gaan ze het vaker doen.
  • Verwacht je niet te veel van je kind? Een kleuter kan het bijvoorbeeld nog niet volhouden om de hele maaltijd aan tafel te blijven zitten. Als je iets vraagt van je kind wat het nog niet kan, wordt het alleen maar bozer.

Te vaak agressief gedrag

Als de tips niet helpen en je merkt dat je kind te vaak boos is of de eigen agressie niet in de hand kan houden, zoek dan professionele hulp via de huisarts of via het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) bij jou in de buurt.

 Deze informatie is afkomstig van de Stichting Opvoeden.nl. Deze stichting zorgt er met ouders en deskundigen uit de wetenschap en praktijk voor dat deze informatie betrouwbaar en actueel blijft.